Erven en erfbelasting
Wanneer iemand komt te overlijden, is dat natuurlijk in de eerste plaats een emotionele gebeurtenis. Maar daarnaast gaat een overlijden vaak ook gepaard met financiële regelingen, waarvan het erven wellicht de meest voor de hand liggende is. Erven is behalve een zaak van de nabestaanden ook een zaak van de belasting. Over een erfenis wordt namelijk erfbelasting geheven. Hoe die regeling in z’n werk gaat, kun je hieronder lezen.
Het vaststellen van de erfenis
Bij het vaststellen van de erfenis staat in eerste plaats de wil van de overledene centraal. Deze heeft in een testament vastgelegd wie zijn of haar erfgenamen zijn. Mocht er geen testament zijn, dan is het erfrecht lijdend. Hierin staan een aantal bepalingen over wie wel en niet rechthebbend zijn bij een overlijden, bij gebrek aan een testament. De belangrijkste bepaling is dat alleen de bloedverwanten en echtgenoot/geregistreerdepartner van de overledene kunnen erven. Verder is er nog het wettelijk erfdeel. Dit is het bedrag waarop de kinderen van een overledene aanspraak kunnen maken, zelfs als zij niet in een testament zijn opgenomen. Het wettelijk erfdeel bedraagt de helft van het bedrag dat de kinderen zouden erven als er geen testament was opgesteld.
De vrijstelling
Als de erfenis is vastgesteld, moet de erfbelasting worden bepaald. Tot een bepaald bedrag, afhankelijk van je relatie met de overledene, hoef je geen erfbelasting te betalen. De grootste vrijstelling geldt voor de partner van de overledene, die kan (in 2014) tot €627.367 belastingvrij erven. De kleinste vrijstelling is voor de erfgenaam die geen partner, ouder of (klein-)kind van de overledene is, en bedraagt €2.092. Verder hoeft er ook geen erfbelasting te worden betaald als de overledene in het buitenland woonde, of wanneer de erfgenaam een uitkering of pensioen ontvangt.
Hoogte van de erfbelasting
De belasting die over de rest van de erfenis moet worden betaald, is afhankelijk van de hoogte van de erfenis, en ook weer van de relatie tot de overledene. Bij een erfenis tot €117.214 betalen de partner en (pleeg)kinderen van de overledene 10% erfbelasting, de kleinkinderen en verdere afstammelingen 18%, en de overige erfgenamen 30%. Bij een erfenis groter dan €117.214 betalen de partner en (pleeg)kindern 20%, de kleinkinderen en verdere afstammelingen 36%, en de overige erfgenamen 40%.
Erven of schenken
Om de financiele regelingen van de emotionele gebeurtenis van het overlijden te scheiden, kiezen veel mensen ervoor om tijdens hun leven al te beginnen met het doen van schenkingen aan hun ergenamen. Behalve minder gedoe met het verdelen van de erfenis, kan dit ook fiscaal voordeel opleveren. Ook bij het schenken geldt, tot een bepaald bedrag, namelijk een vrijstelling. Voor een schenking van ouders aan hun kind geld een vrijstelling van €5.229 per jaar. Eenmalig kan zelfs een belastingvrije schenking van €25.096 worden gedaan, die kan worden verhoogd tot €52.281 wanneer de schenking wordt gebruikt voor studie of het kopen van een eigen woning. Voor schenking aan anderen geld een vrijstelling van €2.092.